Wat voor deck shape zal ik kiezen?

Deck shapes zijn er in allerlei soorten, de ene wat praktischer dan de andere. We bespreken hier de drie shapes die het meest voorkomen. Bovendien zijn er ook grote verschillen in de vorm zelf. (shapes within shapes a.k.a shapeception)

Popsicle.
Dit is de vaakst voorkomende vorm in het skate. We raden  aan om te beginnen met een popsicle, die ideaal is  voor straat skaten en transities. Het oogt als een symmetrisch deck, maar de neus is meestal iets groter dan de tail. De nose zou groter moeten zijn, zodat de voet beter grip bij het oliën. Daarnaast zorgt het er ook voor dat de neus zwaarder is, wat de ollie makkelijker zou maken (omdat het zwaarste punt als eerst omhoog gaat) en de rest volgt. De tail van het skateboard is kleiner en iets dichter bij de grond, waardoor hij sneller reageert bij het poppen.

Old school
Een klassiek deck uit de jaren 70. Dit soort decks zijn nog steeds erg populair en worden vaker gebruikt in de pool, mini of vert, maar je kunt ze zeker ook gebruiken in het skatepark. De old school vorm komt altijd met een vierkante/vissenstaart tail. De neus kan variëren, sommige hebben een kortere, platte neus (enkele kick). Maar je hebt ze ook in Double kick

Vroeger kwamen ze met flat of bijna geen concave, maar tegenwoordige heb je ze ook met een modernen concave. De shape hebt zijn voordelen en nadelen met bepaalde tricks

Shaped
Een shaped deck is moeilijk te beschrijven omdat er zoveel variaties van zijn. Maar elke shape is bedacht voor bepaalde  trick of doeleind. (wat misschien iets lastiger te doen is op een popsicle) 

Kiest je voor een shaped deck, dan kan dat even wennen zijn. Als je er eenmaal aan gewend bent, is dit misschien de shape voor jezelf. Het nadeel is dat wanneer het tijd is om een ​​nieuw deck te kopen, dan moet je op zoek naar dezelfde. Wat soms lastig kan zijn omdat ze minder vaak gemaakt worden en het soms lastig is om dezelfde te krijgen.

Al deze keuzes zijn prima skatebaar. Geen verkeerde keuzes die je kan maken.